Binnenvaart - ophoogfactor sluizen

Versie: 
13-01-2022

Kenmerken

Thema
Scheepvaart
Source type
meervoudige ongelijksoortige bronnen
Bronhouders
AERIUS
GLP
in voorbereiding
GTP
ontwerp
Periodiciteit
onbekend
Laatste update
28-04-2020

Beschrijving gegevensset

Uitgangspunt is dat de hoofdmotoren en hulpmotoren bij sluizen niet worden uitgeschakeld, maar min of meer stationair draaien. Dat leidt ter hoogte van sluizen tot meer emissies per afgelegde kilometer. Om hiermee rekening te houden, hanteert AERIUS voor de routes ter hoogte van sluizen op het hoofdvaarwegennet een opslagfactor voor de emissiefactor NOX voor varende binnenvaartschepen. Deze opslagfactor geldt voor het gehele traject waarover oponthoud plaatsvindt vanwege de sluis. Op het traject van oponthoud vindt ook een correctie plaats van de warmte-output.

De gegevensset omvat per ‘gebied van oponthoud’ ophoogfactoren voor de emissiefactoren van varende binnenvaartschepen die op de volgende manier tot stand zijn gekomen.

  • Het gebied van oponthoud is tweemaal de lengte en breedte van de sluiskolk, waarbij het middelpunt van het ‘gebied van oponthoud’ samenvalt met het middelpunt van de sluiskolk. Argument om een groter gebied te hanteren dan de sluiskolk is dat de sluis ook effect heeft op de emissies bij naderen van en vertrek uit de sluis. Bij nadering van de sluis loopt het schip bijvoorbeeld uit met nagenoeg stationair draaiende motor. De keuze om het ‘gebied van oponthoud’ zo groot te maken als tweemaal de lengte en breedte van de sluiskolk, is gemaakt in overleg met TNO (expert judgement).
  • De kenmerken van de sluiskolken zijn door AERIUS afgeleid van ViN en TOP10NL. Daarbij zijn eerst op basis van ViN de sluizen op de relevante vaarwegen geselecteerd (vaarwegen met CEMT-klassen I t/m VI). Op basis van de gegevens in TOP10NL is vervolgens per sluis de lengte, breedte en oriëntatie van de sluiskolk bepaald. Voor de sluizen waarvoor geen gegevens zijn opgenomen in TOP10NL, zijn de kenmerken van de sluiskolk afgeleid uit ViN.
  • Per gebied van oponthoud is een ophoogfactor bepaald aan de hand van de methode die door TNO in 2011 is ontwikkeld in opdracht van Rijkswaterstaat (TNO. Modules voor sluis- en ligemissies voor BIVAS. 2011). In overleg met TNO en Rijkswaterstaat is daarbij een aantal defaultwaarden gekozen. De uitgangspunten en defaultwaarden voor de bepaling van de ophoogfactoren zijn beschreven in een notitie.

Naast een correctie op de emissies vindt bij sluizen ook een correctie plaats van de warmte-output. Voor de trajecten bij/door sluizen waar de ophoogfactor voor de emissies geldt, wordt uitgegaan van een warmte-output die overeenkomt met 15% van de warmte-output die op deze locatie geldt voor varende schepen. Deze correctiefactor voor de warmte-output bij sluizen is gekozen in overleg met TNO en gebaseerd op de aanname dat schepen bij sluizen 15% van hun vermogen inzetten (TNO. Modules voor sluis- en ligemissies voor BIVAS. 2011).

Verantwoording gegevensset

De ophoogfactoren sluizen betreffen een gegevensset die is gebaseerd op de volgende bronnen:

BronEigenaarSinds
TOP10NLPDOK2014
Vaarweg netwerk Nederland (VNDS) - vaarweginformatie:bevaarbaarheidRijkswaterstaat06 juli 2020
Uitgangspunten en defaultwaarden ophoogfactoren sluizen in AERIUSAERIUS11 mei 2015
TNO. Modules voor sluis- en ligemissies voor BIVAS. 2011Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat24 november 2011

Beschrijving proces

  • InventarisatieDe data wordt door de bronhouders gepubliceerd.
  • ValidatieDe gepubliceerde data wordt door een inhoudsdeskundige steekproefsgewijs geverifieerd.
  • TransformatieOp basis van de gepubliceerde data worden de sluisgebieden en ophoogfactoren afgeleid. De afgeleide data wordt vervolgens geautomatiseerd getransformeerd naar de database.

Velden databasetabel

shipping_inland_locks

VeldTypeEenheidOmschrijving
shipping_inland_lock_idint4.PRIKEYn.v.t.
lock_factorfloat4n.v.t.

Gerelateerde factsheets

Factsheet

Factsheet
325-4403
Voor
  • Calculator
  • Connect
Type
Data
Versie